Scene 3

Scene drie: Opwinden van de metronoom 1 Met de tijd wordt de veer slapper en veranderd de spanning. Na een aantal weken blijkt de slinger al binnen 10 minuten stil te vallen. De tijden van de opwindklok worden daarom een paar keer opnieuw bijgesteld. Om de installatie te laten werken moet de metronoom blijven tikken. […]



Scene drie: Opwinden van de metronoom


1
Met de tijd wordt de veer slapper en veranderd de spanning. Na een aantal weken blijkt de slinger al binnen 10 minuten stil te vallen.
De tijden van de opwindklok worden daarom een paar keer opnieuw bijgesteld.

Om de installatie te laten werken moet de metronoom blijven tikken.
Het mechaniek wordt met een draaisleutel aan de zijkant van het kastje opgewonden. Nadat het is afgewonden valt het weer stil.



Volledig opgedraaid blijft de slinger ongeveer 27 minuten in werking.1



Met de hand opdraaien:

2
Het opwindmechaniek is gemaakt met een boorkop en een motortje uit een raamopener. Samengesteld brengt dit koppel een traagdraaiende en oersterke kracht voort. De draaiing is met de hand niet tegen te houden. De slipkoppeling in de boorkop is de beveiliging tegen onbedoeld doordraaien van het mechaniek in de metronoom.
Het mechaniek vraagt om een precieze afstelling. Fijnafstelling.



Dank aan Peter van der Heijden voor het maken van dit mechaniek.

Suppoosten van het museum draaien het instrument op.
Deze manier is enkele weken vol te houden, er wordt gewerkt aan een automatisch mechaniek.2



Het opwindmechaniek:

Begin juni: Het mechaniek is betrouwbaar genoeg om te installeren.
In de eerste dagen zijn er nog technisch aanpassingen nodig, maar uiteindelijk functioneert het mechaniek continu en naar behoren.



Tijdens het opwinden is de ratel hoorbaar.